Graag informeren wij u enkele malen per jaar kort en op praktische wijze over actuele pensioenontwikkelingen in de wet. Veel leesplezier.


Risicomanagement, geen last maar een (l-)(m-)ust!
Risicomanagement is het inzichtelijk maken én houden van de risico’s die uw bedrijfsdoelstellingen kunnen belemmeren en er vervolgens voor zorgen dat maatregelen worden getroffen. Denkt u daarbij aan juridische risico’s van leveringsvoorwaarden en aansprakelijkheid, maar ook aan afhankelijkheid van leveranciers, medewerkers of afnemers.

Misschien is er sprake van een hoog schadeverloop, ‘recalls’, of klachten ten opzichte van eerdere jaren, een hoog ziekteverzuim. Door middel van interviews en/of brainstormsessies krijgen we informatie, waarbij de directie meer dan eens verrast is bij het lezen van de rapportage. Dat komt voornamelijk, doordat er gewoontes en gebruiken “insluipen”, veelal met goede bedoelingen. Wist u dat 80% van de risico’s wordt veroorzaakt door menselijk handelen?

Ook pensioen brengt risico’s met zich mee. Wat verandert er in de wet op pensioengebied? Loopt het verzekeringscontract met tariefsgarantie binnenkort af, waardoor het bedrijf rekening met een eventueel redelijk fikse tariefstijging moet gaan houden? Zijn er binnen het bedrijf “witte vlekken”? Is de pensioen indexatie toeslagen regeling consistent en compliant met de wet? Zijn de bedrijfsactiviteiten de laatste tijd gewijzigd waardoor eventueel verplichtstelling voor deelname aan een regeling voor bedrijfstakpensioenfonds ontstaat. Of juist vice versa.

Ons doel is bewustwording, de continuïteit van uw bedrijfsactiviteiten te waarborgen, de goede reputatie en naam te behouden, de kwaliteit te verhogen, een zo groot mogelijke veiligheid van medewerkers, bezoekers en relaties te bereiken, bijdragen aan duurzaam ondernemen en het er zorg dragen dat aan wet- en regelgeving wordt voldaan.

Wij maken hierbij gebruik van een eigen zeer overzichtelijk managementmodel met een duidelijk stappenplan. Maar desgewenst bijvoorbeeld ook met de “COSO”-aanpak.

Van Miltenburg werkt op dit terrein samen met hierin gespecialiseerde mensen.


Netto pensioen. Klinkt goed!
Met ingang van 1 januari 2015 verandert wettelijk wederom veel. Zo wordt de jaarlijkse pensioenopbouw verder verlaagd en wordt het pensioengevend salaris gemaximeerd tot € 100.000. Deze aftopping geldt niet alleen voor opbouw van het ouderdomspensioen. Maar ook voor het arbeidsongeschiktheids- en partnerpensioen.

Er wordt een netto pensioen geïntroduceerd. Kort: pensioen sparen voor salarissen boven € 100.000 in IB box 3, maar met vrijstelling voor de rendementsheffing ad 1,2% over de pensioenwaarde en in IB box 1 zijn aanspraak en te zijner tijd onbelaste uitkeringen. Netto pensioen is (gelukkig) een vrijwillig aanvullend pensioen. Staatsecretaris Klijnsma schat dat dit circa 75.000 mensen betreft. De totale beroepsbevolking in loondienst is vele malen groter dan genoemd aantal. Kortom, de aftopping betreft slechts een relatief kleine groep. Zonder het netto pensioen tekort te willen doen, maar gezegd zij dat de wetgever maakt zeer, althans flink ingewikkeld. Er is veel wet- en regelgeving in de maak om dit te regelen. In de vakliteratuur worden dan direct ook weer vragen opgeroepen, hetgeen weer tot aanpassingen in regelgeving leidt.

Daarmee rijst de vraag of werkgever en zijn werknemers die het betreft, niet beter een simpele oplossing in de loonsfeer kunnen overeenkomen. De generieke verlaging van de pensioenopbouw ‘an sich’ lokt van werknemerszijde de roep om compensatie uit. Indien er gecompenseerd wordt, moet wel in lijn met de wetgeving gelijkbehandeling zijn. Ook dus een “dingetje”. Overigens moeten pensioenuitvoerders tegelijkertijd hun buffers aanpassen (“nFTK”). Dit laatste werkt natuurlijk kostenverhogend. Dat remt de ruimte voor compensatie. Ondertussen tikt de klok rustig door … en is het binnenkort Nieuwjaar. In elk geval wordt het de hoogste tijd voor noodverbanden.


Keuzevrijheid, leuk maar gevaarlijk
In onze moderne maatschappij zijn keuzevrijheden hip. Zo ook in pensioenregelingen. Indien deelnemers aan een pensioenregeling keuzes wordt geboden, is uit hoofde van zorgvuldig werkgeverschap vereist dat goed advies om goede keuzes te kunnen maken, wordt gegeven.

Zorgplicht betekent het blijven bijhouden of de door de werknemer gemaakte keuzes nog steeds goed zijn. Dit laatste speelt bij belegd pensioen, de keuze om een bepaalde dekking aanvullend bij te laten verzekeren. Of, en dat is helemaal, extreem, een werknemer de keuze te bieden om geheel en al niet aan de pensioenregeling deel te nemen. Er zijn mogelijkheden om aan damage control te doen. Denk bijvoorbeeld aan veilig standaards met ‘opting out’ systemen. Zo bezien, zouden werkgevers geneigd moeten zijn om allerlei keuze vrijheden in pensioenregelingen te vermijden, althans om deze beperken. Saai, niet modern, maar welk verstandig.


Vermogen en het DGA-pensioen
Iedereen heeft vermogen. De één meer dan de ander. En de financiële doelstellingen verschillen. Voor een besloten vennootschap waarin de directeur-grootaandeelhouder (DGA) zijn pensioen opbouwt, gelden andere beleggingsregels dan voor een particulier die ervan droomt op zijn 65-ste een wereldreis te maken. Ook het zogenaamde klant- en risicoprofiel verschilt.

Kan een DGA-er een vakantiehuisje van zijn pensioengelden kopen? En: moet de DGA-er dit juist niet doen? Of wanneer niet? Kan de DGA-er zijn eigen woning financieren? Onder welke omstandigheden is dat wel of niet een goede belegging van pensioengelden? Sowieso: hoe bepaal je de zogenaamde “strategische asset allocatie” van een pensioen- of stamrecht BV?

Een werkgever die voor zijn bedrijf een zogenaamde beschikbare pensioenpremie regeling uitkiest, moet zorgen voor goede en betrouwbare beleggingsmogelijkheden voor zijn medewerkers. Immers, een beschikbare pensioenpremie bestaat (naast risicopremies en kosten) voor een groot deel uit “spaarpremie”. Wat komt daarbij voor een werkgever aan beleggingstips en vuistregels kijken? Waarop moet de werkgever dan letten? Hoe moet de onderliggende financiële positie (eis wetgever) in kaart worden gebracht? Wat is risicotolerantie en wat is in de risicobereidheid?

In het groot doen pensioenfondsen zoals de ABP’s in wezen hetzelfde. Hoe kan/moet een pensioenfonds zijn “assets” wegzetten om zijn pensioenverplichtingen te voldoen?

Van Miltenburg treedt ook op als adviseur en sparring partner, niet gericht op financiële producten, maar gericht op totstandkoming van het beleid op beleggingsgebied in en rondom MKB – pensioen.


Mr. Bart Jan van Miltenburg is een gespecialiseerde pensioendeskundige met een juridische, fiscale, bedrijfseconomische en actuariële achtergrond. Hij werkt persoonlijk, is onafhankelijk, bemiddelt niet in verzekeringen en verkoopt geen financiële producten.
Vragen? Neem gerust contact met ons op:
010 – 529 05 66 of info@miltenburg-pensioen.nl.